Wakend oog

Een bericht uit het Meester Geertshuis aan de Assenstraat

Net terug van vakantie, spreek ik Armin. Hij heeft grote ogen, ziet er smoezelig uit en heeft een zware tas bij zich. Het eerste wat hij zegt, is: ‘Ik heb op straat geslapen. Gelukkig is het mooi weer’. ‘Zin in koffie?’, vraag ik, ‘Dat zul je nog wel niet gehad hebben’. Ik merk dat ik nog in de relaxstand van de vakantie sta en nog niet druk-druk-druk ben. De rust van mij doet hem goed. Hij is meer open dan anders.  Ik ga bij hem zitten en vraag hoe het gaat en of hij goed geslapen heeft. Hij heeft zo z’n plekjes. Die van gisteravond was goed, lekker rustig, maar de schoonmaakploeg kwam al om 06.00 uur. Voor hem betekent dat binnen een minuut wakker worden, spullen pakken en wegwezen. Het is dan nog niet echt licht en best koud zo begin september. 

Frans heeft besloten opgenomen te willen worden. Aanstaande woensdag is de dag van de opname en aansluitend kan hij naar begeleid wonen. Een opname om te ontgiften van alle drank en pillen die je je maar kunt bedenken. Het is hard nodig want de hoeveelheid neemt schrikbarend toe. Op mijn vraag of hij nog weet hoe hij zich voelt zonder middelen, antwoordt hij negatief. Ik gebruik al sinds m’n zestiende, zeventiende. Dat is nu bijna zeven jaar geleden. ‘Ik weet echt niet meer hoe ik me dan voel, hoor, maar het is hoog tijd dat er wat gebeurt.’ Ik hoop het van harte. Hij vraagt ook om wat geld om te eten. Zijn uitkering is beëindigd. We overbruggen deze periode voor hem tot aan de opname en geven hem reiskosten mee voor naar de kliniek in de vorm van een lening. Hij betaalt altijd netjes terug op een redelijke termijn.  

Het gesprek gaat ook over zijn financiën. Hij heeft flink schulden. De termijn voor het oplossen van problematische schulden is teruggebracht naar anderhalf jaar. Met een aanloop van een half jaar zou hij in twee jaar schuldenvrij kunnen zijn. Hij is een goede vakman en voor hem is er werk te over. Helaas staat hij vaak, met zijn problematiek, na een week of anderhalf weer op straat. Hij zit dan weer voor die tijd in een duur hotel en doet zich aan eten en middelen tegoed. De schulden laat hij de schulden en zo stapelen deze zich op.  

Stilaan begint bij hem ook het verlangen naar een eigen plek en wie weet een eigen huisje. Hopelijk komt het ervan en maakt hij een keer de omslag. Vooralsnog houden we een lijntje met hem. In de termen van de presentiebenadering – onze werkwijze – hebben we het dan over een ‘wakend oog’. 

Een open en niet veroordelend of dwingend contact waarin iemand zichzelf mag zijn met zijn of haar problematiek.  

 —-

Marianne Kok is algemeen coördinator van het Meester Geertshuis, het oecumenisch diaconaal inloopcentrum in het hart van Deventer. Zij doet verslag van ervaringen in en rondom het Meester Geertshuis. Het Meester Geertshuis biedt mensen een luisterend oor, praktische hulp & ondersteuning, budgetbegeleiding en verschillende activiteiten. Er komen ruim 800 bezoekers per jaar die samen meer dan tienduizend bezoeken brengen aan het Meester Geertshuis. 

Scroll naar boven